Op het gebied van klimaatadaptatie is er een grote kennisongelijkheid tussen verschillende delen van de wereld. Pijnlijk daarbij is dat de kwetsbaarste landen de minste toegang hebben tot kennis over klimaatadaptatie. CAS werkt eraan om die ongelijkheid te verminderen. Hasse Goosen vertelt ons er meer over.
Het lijkt logisch dat rijkere landen meer kennis hebben over wat klimaatverandering voor hun gebied betekent. Maar zijn de verschillen in kennis tussen rijkere en armere landen echt zo groot?
Hasse: ‘Nederland heeft het op het gebied van de nodige kennis voor klimaatadaptatie net als veel andere Europese landen goed voor elkaar. Dit kun je zien in de grafiek hieronder. Zo weten we door de verplichte klimaatstresstesten in Nederland van bijna alle Nederlandse gemeenten hoe kwetsbaar ze zijn voor de gevolgen van klimaatverandering. Armere landen in onder andere Zuidoost-Azië, het Midden-Oosten en Afrika hebben juist weinig inzicht in hoe kwetsbaar ze zijn voor klimaatverandering.’
Waarom is deze ongelijkheid zo problematisch?
Hasse: ‘Dit zijn precies de landen die het hardst geraakt worden. Dat zie je op de kaart hieronder. Er is een wrange kennisongelijkheid tussen verschillende delen van de wereld: de kwetsbaarste landen weten het minst en de minst kwetsbare landen weten het meest over hoe ze zich aan klimaatverandering kunnen aanpassen. Bij CAS vinden we het daarom belangrijk om armere landen te helpen inzicht te krijgen in hun kwetsbaarheid voor klimaatverandering. Zo kunnen ze zich beter voorbereiden op wat er op ze afkomt.’
Maar met alleen kennis red je het niet. Je hebt ook financiering nodig, toch?
Hasse: ‘Kennis helpt je ook bij de financiering. Landen die bijvoorbeeld goede klimaatatlassen hebben, kunnen aanvragen voor klimaatfinanciering beter onderbouwen. Zo wordt de kans groter dat ze financiële steun krijgen voor klimaatadaptieve investeringen van bijvoorbeeld de Wereldbank.’
Is er op internationaal niveau genoeg aandacht voor deze kennisongelijkheid?
Hasse: ‘Op de COP27 in Sharm-el-Sheikh in Egypte in 2022 hebben welvarende landen nieuwe toezeggingen gedaan om klimaatadaptatie in ontwikkelingslanden te versnellen. Die snelheid is hard nodig, maar door te versnellen bestaat wel het risico op ‘maladaptatie’: adaptatiemaatregelen die niet werken of de situatie juist verslechteren. Het laatste IPCC-rapport besteedt hier uitgebreid aandacht aan. Maladaptatie kun je tegengaan door adaptatiestrategieën te ontwikkelen vanuit een integraal perspectief: een systeemaanpak die voorkomt dat je maatregelen afwentelt op andere landen of op toekomstige generaties.’
In welke landen en gebieden werkt CAS aan het vergroten van kennis over klimaat?
Hasse: ‘Ik geef hieronder drie voorbeelden. Deze vormen een kleine greep uit wat we doen op internationaal niveau, maar ze zijn wel representatief:
- In Kenia hebben we samengewerkt aan een klimaateffectatlas voor de landbouw in twee regio’s: Kiambu en Kajiado. In Kenia komen steeds meer tuinbouwkassen, maar het is nog onbekend of het door klimaatverandering niet veel te heet wordt voor kassenbouw. Volgens professor Wesonga van JKUAT University is er te weinig aandacht voor de gevolgen van klimaatverandering op de lange termijn en ligt maladaptatie op de loer. De komende jaren worden er waarschijnlijk omvangrijke programma’s opgestart voor een ‘climate smart agriculture’. Maar zullen de maatregelen uit deze programma’s op termijn nog wel ‘smart’ zijn? Daarvoor is kennis nodig die nog niet beschikbaar is. De klimaateffectatlas voor Kiambu en Kajiado vormt een aanzet om deze kennis te ontwikkelen.
- In Bangladesh werkt Nederland al lange tijd samen met de Bengaalse overheid aan een Deltaplan. In dat proces heeft CAS samen met kennisinstellingen een begin gemaakt met het opzetten van een klimaateffectatlas en een kennisportaal. Voor het opbouwen van kennisinfrastructuur is veel tijd nodig. Die tijd is heel belangrijk om het risico op maladaptatie uit te sluiten.
- Ook in Caribisch Nederland zijn we actief. Dit gebied lijkt misschien een vreemde eend in de bijt, omdat de eilanden deel uitmaken van Nederland. Maar veel bewoners van de eilanden zijn arm. En er moet nog flink wat gebeuren aan klimaatadaptatie. Op Bonaire helpen we daarom kwartiermaker Ed Nijpels bij het opzetten van een klimaattafel Bonaire: Hoe gaan we Bonaire voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering? Wat wordt de strategie en hoe gaan we het organiseren? Ook voor Saba en Sint-Eustatius worden de mogelijkheden voor een klimaattafel onderzocht. In 2023 maken we een begin door een klimaateffectatlas te ontwikkelen voor de eilanden Bonaire, Sint-Eustatius en Saba. CAS coördineert dit proces in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Het doel is om bestuurders op de BES-eilanden betrouwbare en actuele klimaatinformatie te geven. Deze informatie kunnen ze gebruiken om stresstesten en risicodialogen uit te voeren volgens de DPRA-methode die voor Europees Nederland is ontwikkeld. De kennis die daaruit voortkomt, kunnen bestuurders op de BES-eilanden dan gebruiken om te bepalen waar ze welke maatregelen gaan nemen.’
Op 26 april 2023 verscheen over dit onderwerp van ons een artikel op de website van NVVN, de Nederlandse Vereniging voor de Verenigde Naties.